Afgekeurd
Halverwege de brug stond als gewoonlijk een file. Het deerde me niet; ik reed mijn oldtimer met een constante glimlach. Ondanks het schrijnende einde van mijn huwelijk, was ik smoorverliefd. Op een nachtblauwe stationwagen. Zojuist gekocht. Dochters ermee naar school gereden en toen: kladderadatsch! De achterligger zag de file te laat en klapte vol op de bumper. ‘Gebrek aan aandacht’ bekende de achterligger (hij zat al in de vergadering). Ik kwam er goed vanaf, maar mijn nachtblauwe beauty niet. Afgekeurd! Scheiße. ‘Krijg de takke’, verwenste ik de achterligger en dat had ik beter niet kunnen doen … Vijftien jaren duurde het tot de ‘attaque’ me trof: een hersenbloeding die me halsoverkop liet afdalen van alleskunner naar nietsnutter.
te veel informatie
In het revalidatiecentrum sleutelen ze flink aan mijn motoriek. Via tillift, rolstoel, driepoot en stok, naar kleine passen met losse handen. De woordenschat gaat van wol, wok, wop naar een halve pagina Kaas en als mijn wachtwoord plots weer opdoemt, ligt de digitale wereld aan mijn voeten. Maar die valt tegen. De enorme hoeveelheid informatie overspoelt me en de omgangsvormen voor de sociale media ben ik verleerd. Al die grootse en geslaagde levens op F-book en I-gram – op krokodillensafari met collega’s, karaoke met schoonfamilie, gepromoveerd in de mycologie (zwammen-kunde) – zeggen me niets. Wel tik ik traag en met volle aandacht miniberichtjes naar de dochters.
totaal ongeschikt
Na driekwart jaar revalideren komt de gevreesde ‘Cito-toets’. Hoe gaat het ook alweer: eerst machtsverheffen, dan vermenigvuldigen en wat te doen met haakjes? Hoe slim ben ik nog? Met gemopper verbloem ik de angst voor de uitslag. Ik vrees de zaken die genadeloos voor het voetlicht gaan treden. En terecht; dubbeltaken blijken moeilijk, inprenten van nieuwe informatie is gelimiteerd, mijn brein moet verbazingwekkend snel weer aan de oplader en ik werk met het tempo van een slak. Tijdens ‘het werk’ moet niemand een verkeerd woord zeggen, eigenlijk moet niemand überhaupt een woord zeggen. Mijn bedrijfsarts heeft het sneller door dan ik; ‘zou je niet eens nadenken over de IVA’.
‘De wat?’
‘De Inkomensvorming Volledig Arbeidsongeschikten.’
‘Oh!’
Totaal ongeschikt dus. En inderdaad ik word afgekeurd! Scheiße. Takke attaque
een tweede leven
Mijn oldtimer werd, na vele manuren met jankend geslepen en vonkend gelast ijzer, weer aangeprezen in een classic-blaadje. Hij had zowaar een tweede leven bevochten. Ergo, afgekeurd zijn blijkt niet absoluut!